Overgang naar peuterbed / bedje
3 december 2025
11 min lezen
wanneer kind uit ledikant peuter van 2 jaar klimt uit ledikant in kinderkamer

Wanneer kind uit ledikant? Praktische gids 1-3 jaar

Wanneer kind uit ledikant? De meeste kinderen blijven tot ongeveer 2,5 à 3 jaar veilig in een ledikant, maar het ideale moment verschilt per kind.

Toch voelt het vaak anders in de praktijk. Misschien klimt je dreumes al uit bed, slaapt hij onrustig of vraag je je af of hij niet “te groot” is voor het ledikant. Dat kan onzeker maken, zeker als je van anderen allerlei verschillende adviezen hoort.

In dit artikel lees je wat een realistische leeftijd is om je kind uit het ledikant te halen, wat het verschil is tussen 1-2 jaar en 2-3 jaar, welke signalen je kunt volgen en hoe je stap-voor-stap veilig en rustig de overgang maakt.

Wanneer kind uit ledikant: wat is een normale leeftijd?

De meeste kinderen slapen prima in een ledikant tot ergens tussen de 2,5 en 3 jaar. Het ledikant is dan nog een veilige, begrensde plek waar je kind vaak beter in slaapt dan in een open bed. Er is dus meestal geen haast om al rond 1,5 of 2 jaar te wisselen, tenzij er duidelijke redenen zijn, zoals herhaaldelijk uit bed klimmen of een nieuwe baby die het ledikant nodig heeft.

Belangrijk is om niet alleen naar de lengte of leeftijd te kijken, maar vooral naar het gedrag en de ontwikkeling van je kind. Kan je kind eenvoudige afspraken begrijpen, zich een beetje aan regels houden en ’s nachts redelijk stabiel slapen? Dan is de kans groter dat een overgang naar een peuterbed of groot bed goed verloopt. Is je kind nog erg impulsief, voelt hij veel scheidingsangst of is slapen nu al een strijd, dan is langer in het ledikant blijven vaak juist rustiger voor iedereen.

Veel ouders vragen zich af tot welke leeftijd het eigenlijk veilig en praktisch is om een ledikant te gebruiken. Als je daar meer over wilt weten, kan een overzicht over tot welke leeftijd een ledikant passend is helpen om je gevoel en de praktijk naast elkaar te leggen. Onthoud vooral: er is geen “te laat”, zolang het ledikant veilig is en je kind er goed in slaapt.

Signalen dat je kind toe is aan een ander bed

Een van de belangrijkste signalen dat je kind uit het ledikant moet, is als hij er zelfstandig uit klimt of dat duidelijk probeert. Dat is een veiligheidsrisico. Zelfs als het nog net goed gaat, kan een val uit hoogte tot vervelende ongelukken leiden. In dat geval is het verstandig om de overgang niet lang uit te stellen en tegelijk te kijken hoe je de kamer zo veilig mogelijk kunt maken voor een kind dat vrij kan rondlopen.

Een ander signaal is dat je kind echt klem ligt of zichtbaar weinig ruimte heeft om zich om te draaien, terwijl het matras en bedje verder nog veilig zijn. Let dan goed op of dit echt tot onrustig slapen leidt, of dat het vooral voor jou als ouder “vol” oogt. Veel kinderen slapen graag wat knus. Als je kind echter steeds tegen de spijlen ligt, wakker wordt van botsingen of je merkt dat hij zich niet meer kan omrollen, dan kan dat een reden zijn om na te denken over een groter bed.

Ook ontwikkeling en gedrag spelen een rol. Een kind dat rond de 2,5 à 3 jaar eenvoudige afspraken snapt, zoals “we blijven in bed tot mama komt”, kan vaak beter omgaan met de vrijheid van een open bed. Tegelijk zie je in deze leeftijdsgroep ook meer nachtmerries en fantasieën. Als je merkt dat je kind angstig is in het donker of veel onrustige dromen heeft, is het extra belangrijk om de overgang rustig en ondersteunend te doen. Bij terugkerende nachtmerries kan het helpen om eerst aan veiligheid en voorspelbaarheid te werken, voordat je de slaapplek verandert.

Leeftijd 1-2 jaar: liever nog in het ledikant

Voor de meeste kinderen van 1 tot 2 jaar is het ledikant nog de veiligste en meest passende slaapplaats. In deze periode spelen vaak separatieangst en een sterke behoefte aan voorspelbaarheid. De begrenzing van het ledikant helpt veel jonge kinderen om zich veilig te voelen. Een open bed geeft dan juist te veel vrijheid, wat kan leiden tot veel uit bed komen, onrust en huilen. Zeker rond de bekende ontwikkelingssprongen, zoals de 14 maanden sprong en de 15 maanden sprong, is stabiliteit in de slaapomgeving vaak extra helpend.

Uitzonderingen zijn er natuurlijk. Als je dreumes herhaaldelijk gevaarlijk uit het ledikant klimt, ondanks het matras op de laagste stand en een veilige slaapzak, dan weegt veiligheid zwaarder dan de voorkeur voor een ledikant. Ook bij sommige kinderen met een heel sterke temperamentvolle aard kan het zijn dat de strijd rond in bed blijven zo groot wordt, dat een andere aanpak nodig is. Overweeg in dat geval altijd eerst aanpassingen in ritme, slaapritueel en ondersteuning voor je de stap naar een open bed zet.

In de leeftijd 1-2 jaar ligt de nadruk vooral op zachte, begeleide slaapgewoonten. Als je iets wilt veranderen, bijvoorbeeld meer zelfstandig inslapen, kies dan voor een rustige, stapsgewijze aanpak met veel nabijheid. Een methode als de chair methode kan bijvoorbeeld worden aangepast voor dreumesen, waarbij je stap voor stap iets meer afstand neemt, maar je kind zich nog steeds gezien en gesteund voelt. Kinderen lang laten huilen is in deze leeftijdsfase nooit gewenst. Stop direct als je kind excessief huilt en schakel terug naar meer troost en nabijheid.

Leeftijd 2-3 jaar: wanneer is je peuter echt klaar?

Tussen 2 en 3 jaar komt bij veel ouders de vraag “wanneer kind uit ledikant” echt op de voorgrond. Rond deze leeftijd zie je dat peuters meer behoefte krijgen aan autonomie: zelf klimmen, zelf kiezen, zelf doen. Tegelijk neemt de verbeelding toe en daarmee soms ook angsten. Dat maakt de overgang naar een peuterbed of groot bed een balans tussen vrijheid geven en veiligheid bieden. Als je kind nog goed slaapt in het ledikant en er niet uit klimt, mag je het gerust tot ongeveer 3 jaar laten staan.

Is je kind rond de 2 à 2,5 jaar wel toe aan een ander bed, kijk dan naar zijn begrip van regels. Kan je peuter overdag afspraken volgen als “we blijven aan tafel zitten tot we klaar zijn” of “we blijven op het stoepje staan”? Dat geeft een indicatie hoe het ’s avonds zal gaan met in bed blijven. Als je merkt dat je kind hier nog erg mee worstelt, kan het helpen om eerst te oefenen met duidelijke, positieve grenzen overdag, voordat je de vrijheid van een open bed introduceert.

Sommige ouders vragen zich af of ze direct naar een groot bed moeten gaan of eerst een peuterbedje willen gebruiken. Beide keuzes kunnen goed zijn. Een peuterbed voelt vaak knusser en minder groot, wat voor sommige kinderen prettig is. Een groot bed kan praktisch zijn als je er zelf even bij wilt liggen bij onrust. Belangrijker dan het type bed is dat het laag, stevig en veilig is, en dat je kind zich er prettig in voelt.

Veiligheid: kamer en bed kindproof maken

Zodra je kind niet meer in een afgesloten ledikant slaapt, verandert de hele slaapkamer in feite in zijn “bed”. Veiligheid gaat dan niet alleen over het bed zelf, maar over alles waar je kind bij kan als hij ’s nachts op ontdekkingstocht gaat. Denk aan het vastzetten van kasten aan de muur, het wegwerken van snoeren, het uit zicht leggen van kleine voorwerpen en het afsluiten van ramen en eventueel de deur naar de gang met een traphekje.

Het bed zelf moet laag zijn, met een stevig matras dat goed aansluit. Voor jonge peuters zijn uitvalbeschermers vaak fijn, maar let erop dat er geen gevaarlijke klemplekken ontstaan tussen bed en rand. Een slaapzak kan ook in een peuterbed nog prima, zeker als je kind dan minder geneigd is om uit bed te klimmen. Informatie over een peuter in een groot bed met slaapzak kan je helpen om hier een keuze in te maken.

Vergeet ook de omgeving buiten de slaapkamer niet. Als je kind zelfstandig de kamer uit kan, zorg dan dat trappen goed beveiligd zijn en dat hij niet zomaar bij gevaarlijke ruimtes kan, zoals de keuken. Sommige ouders kiezen ervoor om de slaapkamerdeur dicht te doen met een babyfoon, anderen gebruiken een traphekje in de deuropening. Kies wat bij jullie gezin en bij je kind past, zolang het maar veilig en overzichtelijk blijft.

Stap-voor-stap van ledikant naar peuterbed of groot bed

De overgang van ledikant naar ander bed verloopt meestal het rustigst als je die in kleine stappen opbouwt. Begin met het voorbereiden van je kind. Vertel overdag rustig dat er binnenkort een nieuw bed komt, laat eventueel een foto zien of betrek je kind bij het uitkiezen van beddengoed. Houd het positief en simpel: “Je bent al zo groot, je krijgt straks een nieuw bed. Daar kun je lekker in slapen.” Vermijd druk of beloningen die het tot een grote prestatie maken, dat kan juist spanning geven.

Maak de eerste nacht in het nieuwe bed zo vertrouwd mogelijk. Gebruik hetzelfde knuffeltje, slaapzak of dekentje als in het ledikant en houd het slaapritueel identiek. Veel kinderen hebben behoefte aan extra nabijheid in de eerste nachten. Je kunt bijvoorbeeld iets langer naast het bed zitten of af en toe nog even gaan kijken. Merk je dat je kind veelvuldig uit bed komt, breng hem dan rustig en consequent terug, zonder veel gesprek of spel. Korte, voorspelbare reacties geven duidelijkheid.

Soms helpt het om een tussenstap te maken: eerst overdag een dutje in het nieuwe bed, terwijl de nacht nog in het ledikant is. Zeker bij gevoelige kinderen kan dit de overgang verzachten. Let er wel op dat je niet te lang in een dubbel systeem blijft hangen, omdat dat verwarrend kan zijn. Kies na een korte gewenningsperiode bewust voor één slaapplek voor de nacht. Als het na een week of twee nog erg onrustig blijft, kijk dan kritisch naar het ritme, eventuele oververmoeidheid en hoe consequent je reageert.

Grenzen, huilen en zachte begeleiding

Bij de overgang uit het ledikant speelt gedrag vaak een grotere rol dan techniek. Je kind ontdekt dat hij nu uit bed kan en zal dat soms ook doen, gewoon uit nieuwsgierigheid. Duidelijke, liefdevolle grenzen helpen dan. Spreek een paar simpele regels af, zoals “we blijven in bed liggen” en “we roepen als we iets nodig hebben”. Herhaal die rustig bij het naar bed brengen en houd je reactie ’s nachts zo voorspelbaar mogelijk.

Huilen hoort soms bij verandering, zeker als je kind moet wennen aan een nieuwe situatie. Het is belangrijk om goed te onderscheiden tussen protesthuilen en paniek of verdriet. Kinderen lang laten huilen is nooit gewenst. Als je kind overstuur raakt, ga dan naar hem toe, bied troost en maak opnieuw duidelijk wat de bedoeling is. Stop direct als je merkt dat het huilen heviger wordt of langer aanhoudt dan voor jullie oké voelt.

Sommige ouders overwegen een vorm van slaaptraining of gecontroleerd troosten als de overgang erg moeizaam gaat. Bij peuters is het dan extra belangrijk om de nadruk te leggen op communicatie, voorspelbaarheid en nabijheid. Methoden waarbij je je kind lange tijd alleen laat huilen, zijn niet wenselijk. Als je toch een meer gestructureerde aanpak wilt, kies dan voor een zachte, stapsgewijze methode met korte momenten van alleen zijn en veel uitleg en troost. Bij excessief huilen of als je zelf over je grens gaat, is het altijd beter om terug te schakelen naar meer nabijheid.

Ritme en dutjes rond de overgang

De vraag “wanneer kind uit ledikant” hangt vaak samen met veranderingen in het dagritme. Rond 1,5 jaar gaan veel kinderen naar één dutje per dag. Rond 2,5 à 3 jaar zie je dat het middagdutje geleidelijk korter wordt of wegvalt. Veranderingen in dutjes kunnen invloed hebben op hoe soepel je kind in een nieuw bed in slaap valt. Een oververmoeid kind valt vaak moeilijker in slaap en wordt vaker wakker, wat de overgang extra uitdagend maakt.

Let daarom goed op signalen van moeheid en pas het ritme rustig aan. Soms helpt het om tijdelijk een wat vroeger bedtijd te kiezen tijdens de overgang naar een ander bed, zodat je kind niet over de grens gaat. Als je twijfelt of je kind nog een dutje nodig heeft of dat je beter een dutje kunt overslaan, kijk dan een paar dagen naar het totaalplaatje: inslaaptijd, nachtelijke wakker momenten en gedrag overdag.

Ook het vroege wakker worden kan ineens meer opvallen als je kind in een open bed slaapt en zelf naar je toe kan komen. Vroeg wakker worden heeft vaak te maken met ritme, licht, geluid of gewoonte. Als je peuter structureel te vroeg wakker is, kan het helpen om eerst dat patroon aan te pakken, voordat je grote veranderingen in de slaapomgeving doorvoert.

Wanneer extra hulp inschakelen?

De meeste kinderen wennen binnen enkele weken aan een nieuw bed, met wat ups en downs. Soms blijft het echter langdurig onrustig: elke avond strijd, veelvuldig uit bed komen of grote angsten rond slapen. In dat geval is het verstandig om niet te lang alleen door te blijven ploeteren. Je kunt altijd je zorgen bespreken met het consultatiebureau of de huisarts, zeker als je twijfelt of er meer speelt dan alleen wennen.

Als je vooral praktische en opvoedkundige ondersteuning zoekt, kan het helpend zijn om samen te werken met een van de beschikbare slaapcoaches. Zij kunnen met je meekijken naar ritme, omgeving, temperament van je kind en jullie opvoedstijl, en helpen een aanpak te kiezen die bij jullie gezin past. Dat kan veel uitproberen en onzekerheid schelen.

Voor peuters rond de 3 jaar spelen vaak meerdere factoren tegelijk: ontwikkeling, grenzen, fantasie en soms zindelijkheidstraining. Een overzicht met tips specifiek voor een kind van 3 jaar kan dan helpen om de slaap binnen het grotere geheel van de ontwikkeling te plaatsen.

Conclusie

De vraag “wanneer kind uit ledikant” heeft geen één juist antwoord. Voor de meeste kinderen is ergens tussen 2,5 en 3 jaar een passend moment, maar veiligheid, ontwikkeling en temperament zijn minstens zo belangrijk als leeftijd. Zolang je kind veilig in het ledikant slaapt, er niet uit klimt en zich er prettig voelt, is er geen reden om te haasten. Vooral in de leeftijd 1-2 jaar is het ledikant vaak nog de meest rustgevende en veilige keuze.

Bij de overgang naar een peuterbed of groot bed helpt het om stap-voor-stap te werken: bereid je kind voor, maak de kamer kindproof, houd het ritueel hetzelfde en reageer rustig en consequent op uit bed komen. Blijf alert op signalen van oververmoeidheid en angst, en wees niet bang om extra hulp te zoeken als het slapen langdurig onrustig blijft. Uiteindelijk draait het om een veilige, voorspelbare slaapomgeving waarin zowel je kind als jijzelf tot rust kunnen komen.

Veelgestelde vragen

De meeste kinderen kunnen ergens tussen 2,5 en 3 jaar veilig uit het ledikant, mits ze eenvoudige regels begrijpen en de kamer goed is beveiligd. Als je kind al eerder uit het ledikant klimt, is dat een signaal om sneller over te stappen.

Beide opties kunnen veilig zijn, zolang het bed laag en stevig is en de kamer kindproof is. Een artikel over vanaf wanneer een peuterbed handig is kan je helpen om de praktische verschillen op een rij te zetten.

Houd het slaapritueel hetzelfde als in het ledikant en gebruik vertrouwde spullen, zoals knuffels en slaapzak. Breng je kind bij uit bed komen rustig en consequent terug, zonder veel gesprek of spel, zodat het duidelijk maar niet spannend wordt.

Veel kinderen wennen binnen 1 tot 2 weken, met in het begin soms wat extra wakker momenten of uit bed komen. Bij gevoelige kinderen kan het wat langer duren, vooral als er tegelijk andere veranderingen spelen, zoals zindelijkheid of een nieuwe opvang.

Kijk eerst of het ritme nog past en of er misschien oververmoeidheid is ontstaan. Blijft de onrust, dan kun je overwegen om tijdelijk wat meer nabijheid te bieden of een zachte vorm van slaaptraining voor dreumesen toe te passen, altijd met aandacht voor grenzen en troost.

Redactie Slaapcoachvinden.nl

Redactie Slaapcoachvinden.nl

Delen:

Hulp nodig bij slaapproblemen?

Vind een gekwalificeerde slaapcoach in jouw buurt en verbeter je slaapkwaliteit.

Gerelateerde slaaptips

Interessante slaaptips

Ontdek meer waardevolle tips en inzichten over slaap en welzijn

Uitgelichte slaapcoaches

Ontdek gekwalificeerde slaapcoaches die je kunnen helpen